Er is al op gewezen dat tien een van de volmaakte getallen is, en de volmaaktheid van de goddelijke orde betekent, waarmee een geheel nieuwe reeks getallen begint. Het eerste decennium is de vertegenwoordiger van het hele cijfersysteem en vormt de oorsprong van het berekeningssysteem dat “decimalen” wordt genoemd, omdat het hele systeem van nummering uit zoveel tientallen bestaat, waarvan de eerste een type is van het geheel. Volledigheid van de orde, het markeren van de hele ronde van iets, is daarom de altijd aanwezige betekenis van het getal tien. Het impliceert dat er niets ontbreekt; dat het aantal en de volgorde perfect zijn; dan is de hele cyclus voltooid.
Noach voltooide het pre zondvloed tijdperk in de tiende generatie van God.
De tien geboden bevatten alles wat nodig is, en niet meer dan nodig is, zowel qua aantal als qua volgorde.
Het Onze Vader wordt voltooid in tien clausules.
De tienden vertegenwoordigen het geheel van wat de mens aan God verschuldigd was, als markering en erkenning van Gods aanspraak op het geheel.
De tien plagen, tien koninkrijken.
Vertaald uit “Number in scripture” van E.W. Bullinger