^ [[nbg|Terug naar Bijbel index]] ^ [[psalmen|Terug naar Boek index]] ^ ===== Psalmen 39 ===== \\ [[psalmen39-1 |1 ]] Voor de koorleider. Voor Jedutun. Een psalm van David. \\ [[psalmen39-2 |2 ]] Ik had gedacht: ik wil mijn wegen bewaren, opdat ik niet zondige met mijn tong; ik wil mijn mond met een muilband bedwingen, zolang de goddeloze voor mij staat. \\ [[psalmen39-3 |3 ]] Ik was verstomd, sprakeloos, ik zweeg, verstoken van het goede; maar mijn smart werd heviger, \\ [[psalmen39-4 |4 ]] Mijn hart gloeide in mijn binnenste, bij mijn verzuchting laaide vuur op; ik sprak met mijn tong; \\ [[psalmen39-5 |5 ]] Laat mij, Here, mijn einde kennen, en welke de maat van mijn dagen is; laat mij weten, hoe vergankelijk ik ben. \\ [[psalmen39-6 |6 ]] Zie, Gij hebt mijn dagen als enige handbreedten gesteld, mijn levensduur is als niets voor U; ja, ieder mens staat daar, enkel een ademtocht. [sela] \\ [[psalmen39-7 |7 ]] Ja, de mens gaat daarheen als een schaduw, ja, als een ademtocht suizen zij weg, zij garen bijeen en weten niet, wie het tot zich nemen zal. \\ [[psalmen39-8 |8 ]] En nu, wat verwacht ik, Here? Mijn hoop, die is op U. \\ [[psalmen39-9 |9 ]] Red mij van al mijn overtredingen, stel mij niet tot een smaad voor de dwaas. \\ [[psalmen39-10 |10 ]] Ik ben verstomd, ik doe mijn mond niet open, want Gij zelf hebt het gedaan. \\ [[psalmen39-11 |11 ]] Neem uw plaag van mij weg, ik bezwijk onder de bestrijding van uw hand. \\ [[psalmen39-12 |12 ]] Kastijdt Gij iemand met straffen om zijn ongerechtigheid, dan doet Gij zijn schoonheid teloorgaan als door een mot; immers is ieder mens een ademtocht. [sela] \\ [[psalmen39-13 |13 ]] Hoor mijn gebed, Here, en neem mijn hulpgeroep ter ore, zwijg niet bij mijn geween, want ik ben een vreemdeling bij U, een bijwoner gelijk al mijn vaderen. \\ [[psalmen39-14 |14 ]] Wend uw blik van mij af, opdat ik mij wederom verblijde, eer dat ik heenga en niet meer ben. ^ [[psalmen38| vorig hoofdstuk]] ^ [[psalmen40|volgend hoofdstuk]] ^