^ [[nbg|Terug naar Bijbel index]] ^ [[galaten|Terug naar Boek index]] ^ ===== Galaten 4 ===== \\ [[galaten4-1 |1 ]] Ik bedoel dit: zolang de erfgenaam onmondig is, verschilt hij in niets van een slaaf, al is hij ook eigenaar van alles; \\ [[galaten4-2 |2 ]] Maar hij staat onder voogdij en toezicht tot op het tijdstip, dat door zijn vader tevoren bepaald was. Israël [[galaten4-3 |3 ]] Zo bleven ook wij [Israël], zolang wij onmondig waren, onderworpen aan de wereldgeesten. \\ [[galaten4-4 |4 ]] Maar toen de volheid des tijds gekomen was, heeft God zijn Zoon uitgezonden, geboren uit een vrouw, geboren onder de wet, \\ [[galaten4-5 |5 ]] Om hen, die onder de wet waren, vrij te kopen, opdat wij het recht van zonen zouden verkrijgen. \\ [[galaten4-6 |6 ]] En, dat gij zonen zijt, God heeft de Geest zijns Zoons uitgezonden in onze harten, die roept: Abba, Vader. \\ [[galaten4-7 |7 ]] Gij zijt dus niet meer slaaf, doch zoon; indien gij zoon zijt, dan zijt gij ook erfgenaam door God. De heidenen [[galaten4-8 |8 ]] __Maar in de tijd, dat gij God niet kendet__, hebt gij **goden gediend**, die het in wezen niet zijn. \\ [[galaten4-9 |9 ]] Nu gij echter God hebt leren kennen, ja, meer nog, door God gekend zijt, hoe kunt gij thans __terugkeren__ tot die zwakke en armelijke **wereldgeesten**, waaraan gij u weder van meet aan dienstbaar wilt maken? \\ [[galaten4-10 |10 ]] Dagen, maanden, vaste tijden en jaren neemt gij waar. \\ [[galaten4-11 |11 ]] Ik vrees, dat ik mij wellicht tevergeefs voor u ingespannen heb. Het gaat hier om de heidense (feest)dagen, maanden en jaren. Niet om de Bijbelse. De dagen en tijden van de goden, wereldgeesten. [[galaten4-12 |12 ]] Weest zoals ik, bid ik u, broeders, omdat ook ik ben zoals gij. Gij hebt mij in geen enkel opzicht verongelijkt. \\ [[galaten4-13 |13 ]] Ja, gij weet, dat ik aan u de eerste maal, omdat ik ziek geworden was, het evangelie verkondigd heb, \\ [[galaten4-14 |14 ]] En toch hebt gij de verzoeking, die er voor u in mijn lichamelijke toestand gelegen was, niet als iets verachtelijks beschouwd of ertegen gespuwd, maar gij hebt mij ontvangen als een bode Gods, [ja], als Christus Jezus. \\ [[galaten4-15 |15 ]] Gij hebt u toen gelukkig geprezen; wat is daarvan over? Want ik kan van u getuigen, dat gij, ware het mogelijk geweest, uw ogen uitgerukt en ze mij gegeven zoudt hebben. \\ [[galaten4-16 |16 ]] Ben ik dus een vijand van u geworden, nu ik u de waarheid zeg? \\ [[galaten4-17 |17 ]] Zij zijn vol ijver voor u, maar niet op de juiste wijze, want zij willen u buitensluiten, opdat gij vol ijver voor hen zoudt zijn. \\ [[galaten4-18 |18 ]] Nu is het goed, dat er ijver getoond wordt in het goede, mits te allen tijde en niet alleen, wanneer ik bij u ben, \\ [[galaten4-19 |19 ]] Mijn kinderen, ter wille van wie ik opnieuw weeen doorsta, totdat Christus in u gestalte verkregen heeft; \\ [[galaten4-20 |20 ]] Ik zou wensen, dat ik op dit ogenblik bij u was en op een andere toon kon spreken, want ik ben in zorg over u. \\ [[galaten4-21 |21 ]] Zegt mij, gij, die onder de wet wilt staan, luistert gij niet naar de wet? \\ [[galaten4-22 |22 ]] Er staat immers geschreven, dat Abraham twee zonen had, een bij de slavin en een bij de vrije. \\ [[galaten4-23 |23 ]] Maar die van de slavin was naar het vlees verwekt, doch die van de vrije door de belofte. \\ [[galaten4-24 |24 ]] Dit is iets, waarin een diepere zin ligt. Want dit zijn twee bedelingen: de ene van de berg Sinai, die slaven baart, dit is Hagar. \\ [[galaten4-25 |25 ]] Het [woord] Hagar betekent de berg Sinai in Arabie. Het staat op een lijn met het tegenwoordige Jeruzalem, want dat is met zijn kinderen in slavernij. \\ [[galaten4-26 |26 ]] Maar het hemelse Jeruzalem is vrij; en dat is onze moeder. \\ [[galaten4-27 |27 ]] Want er staat geschreven: Verheug u, gij onvruchtbare, die niet baart, breek uit en roep, gij die geen weeen kent; want talrijker zijn de kinderen der eenzame dan van haar, die een man heeft. \\ [[galaten4-28 |28 ]] En gij, broeders, zijt, evenals Isaak, kinderen der belofte. \\ [[galaten4-29 |29 ]] Maar zoals destijds hij, die naar het vlees verwekt was, hem, die naar de geest verwekt was, vervolgde, zo ook nu. \\ [[galaten4-30 |30 ]] Maar wat zegt het schriftwoord? Zend de slavin weg met haar zoon, want de zoon der slavin zal in geen geval erven met de zoon der vrije. \\ [[galaten4-31 |31 ]] Daarom, broeders, zijn wij geen kinderen ener slavin, maar van de vrije. ^ [[galaten3| vorig hoofdstuk]] ^ [[galaten5|volgend hoofdstuk]] ^