^ [[nbg|Terug naar Bijbel index]] ^ [[galaten|Terug naar Boek index]] ^ ===== Galaten 1 ===== [[2petrus3|Inleiding Petrus over de brieven van Paulus]] [[galaten1-1 |1 ]] Paulus, een apostel, niet vanwege mensen, noch door een mens, maar door Jezus Christus, en God, de Vader, die Hem opgewekt heeft uit de doden, \\ [[galaten1-2 |2 ]] En al de broeders, die bij mij zijn, aan de gemeenten van Galatie: \\ [[galaten1-3 |3 ]] Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Here Jezus Christus, \\ [[galaten1-4 |4 ]] Die Zichzelf gegeven heeft voor onze zonden, om ons te trekken uit de tegenwoordige boze wereld, naar de wil van onze God en Vader, \\ [[galaten1-5 |5 ]] Aan wie de heerlijkheid zij in alle eeuwigheid! Amen. \\ [[galaten1-6 |6 ]] Het verbaast mij, dat gij u zo schielijk van degene, die u door de genade van Christus geroepen heeft, laat afbrengen tot een ander evangelie, \\ [[galaten1-7 |7 ]] En dat is geen evangelie. Er zijn echter sommigen, die u in verwarring brengen en het evangelie van Christus willen verdraaien. \\ [[galaten1-8 |8 ]] Maar ook al zouden wij, of een engel uit de hemel, u een evangelie verkondigen, afwijkend van hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt! \\ [[galaten1-9 |9 ]] Gelijk wij vroeger reeds gezegd hebben, zeg ik thans nog eens: indien iemand u een evangelie predikt, afwijkend van hetgeen gij ontvangen hebt, die zij vervloekt! \\ [[galaten1-10 |10 ]] Tracht ik thans mensen te winnen, of God? Of zoek ik mensen te behagen? Indien ik nog mensen trachtte te behagen, zou ik geen dienstknecht van Christus zijn. \\ [[galaten1-11 |11 ]] Want ik maak u bekend, broeders, dat het evangelie, hetwelk door mij verkondigd is, niet is naar de mens. \\ [[galaten1-12 |12 ]] Want ik heb het ook niet van een mens ontvangen of geleerd, maar door openbaring van Jezus Christus. \\ [[galaten1-13 |13 ]] Want gij hebt gehoord van mijn vroegere wandel in het Jodendom: ik heb de gemeente Gods bovenmate vervolgd en getracht haar uit te roeien, \\ [[galaten1-14 |14 ]] En in het Jodendom heb ik het verder gebracht dan vele van [mijn] tijdgenoten onder mijn volk, als hartstochtelijk ijveraar voor mijn voorvaderlijke overleveringen. \\ [[galaten1-15 |15 ]] Maar toen het Hem, die mij van de schoot mijner moeder aan afgezonderd en door zijn genade geroepen heeft, behaagd had, \\ [[galaten1-16 |16 ]] Zijn Zoon in mij te openbaren, opdat ik Hem onder de heidenen verkondigen zou, ben ik geen ogenblik te rade gegaan met vlees en bloed; \\ [[galaten1-17 |17 ]] Ook ben ik niet naar Jeruzalem gereisd tot hen, die reeds voor mij apostelen waren, maar ik ben naar Arabie vertrokken en vandaar naar Damascus teruggekeerd. \\ [[galaten1-18 |18 ]] Daarop ging ik drie jaar later naar Jeruzalem, om Kefas te bezoeken, en ik bleef vijftien dagen bij hem; \\ [[galaten1-19 |19 ]] En ik zag geen ander van de apostelen dan Jakobus, de broeder des Heren. \\ [[galaten1-20 |20 ]] Wat ik u schrijf, zie, voor het aangezicht van God, ik lieg niet. \\ [[galaten1-21 |21 ]] Daarna ben ik gegaan naar de streken van Syrie en van Cilicie. \\ [[galaten1-22 |22 ]] En ik was aan de gemeenten van Christus in Judea van aanzien onbekend. \\ [[galaten1-23 |23 ]] Alleen hoorden zij telkens: hij, die ons vroeger vervolgde, verkondigt nu het geloof, dat hij tevoren trachtte uit te roeien. \\ [[galaten1-24 |24 ]] En zij verheerlijkten God in mij. ^ [[galaten2|volgend hoofdstuk]] ^