^ [[nbg|Terug naar Bijbel index]] ^ [[2thessalonicenzen|Terug naar Boek index]] ^ ===== 2thessalonicenzen 3 ===== \\ [[2thessalonicenzen3-1 |1 ]] Voorts, broeders, bidt voor ons, dat het woord des Heren snelle voortgang hebbe en verheerlijkt worde, evenals bij u, \\ [[2thessalonicenzen3-2 |2 ]] En dat wij bewaard blijven voor de wargeesten en slechte mensen; want trouw vindt men niet bij allen. \\ [[2thessalonicenzen3-3 |3 ]] Maar wel getrouw is de Here, die u sterken zal en u bewaren voor de boze. \\ [[2thessalonicenzen3-4 |4 ]] En wij vertrouwen in de Here van u, dat gij, hetgeen wij [u] bevelen, niet alleen doet, maar ook zult doen. \\ [[2thessalonicenzen3-5 |5 ]] De Here neige uw harten tot de liefde Gods en tot de volharding van Christus. \\ [[2thessalonicenzen3-6 |6 ]] Maar wij bevelen u, broeders, in de naam van de Here Jezus Christus, dat gij u onttrekt aan elke broeder, die zich ongeregeld gedraagt, in strijd met de overlevering, die gij van ons ontvangen hebt. \\ [[2thessalonicenzen3-7 |7 ]] Gij weet immers zelf, hoe ons voorbeeld behoort gevolgd te worden, daar wij bij u niet van de regel afgeweken zijn, \\ [[2thessalonicenzen3-8 |8 ]] Noch gegeven brood bij iemand hebben gegeten; maar met moeite en inspanning werkten wij dag en nacht, om niemand van u lastig te vallen; \\ [[2thessalonicenzen3-9 |9 ]] Niet, dat wij er geen bevoegdheid toe hebben, maar om ons u tot een voorbeeld ter navolging te stellen. \\ [[2thessalonicenzen3-10 |10 ]] Want ook toen wij bij u waren, bevalen wij u dit: Wil iemand niet werken, dan zal hij ook niet eten. \\ [[2thessalonicenzen3-11 |11 ]] Wij horen namelijk, dat sommigen onder u zich ongeregeld gedragen, door geen werk te verrichten, maar bezig te zijn met wat geen werk is; \\ [[2thessalonicenzen3-12 |12 ]] Zulke mensen bevelen wij en wij vermanen hen in de Here Jezus Christus, dat zij rustig bij hun werk blijven en hun eigen brood eten. \\ [[2thessalonicenzen3-13 |13 ]] En gij, broeders, wordt niet moede te doen wat goed is. \\ [[2thessalonicenzen3-14 |14 ]] Als iemand niet luistert naar wat wij door onze brief zeggen, tekent hem en gaat niet met hem om, opdat hij beschaamd worde; \\ [[2thessalonicenzen3-15 |15 ]] Houdt hem echter niet voor een vijand, maar wijst hem terecht als een broeder. \\ [[2thessalonicenzen3-16 |16 ]] En Hij, de Here des vredes, geve u de vrede, voortdurend, in elk opzicht. De Here zij met u allen. \\ [[2thessalonicenzen3-17 |17 ]] Een eigenhandige groet van mij, Paulus. Dit is een waarmerk in elke brief: zo schrijf ik. ^ [[2thessalonicenzen2|vorig hoofdstuk]] ^