numeri13
Verschillen
Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
| Beide kanten vorige revisieVorige revisieVolgende revisie | Vorige revisie | ||
| numeri13 [2022/06/28 22:22] – pvi | numeri13 [2022/07/01 22:15] (huidige) – pvi | ||
|---|---|---|---|
| Regel 8: | Regel 8: | ||
| Een shaliach (mv. sh' | Een shaliach (mv. sh' | ||
| het goede nieuws op locaties over de hele wereld af te kondigen. | het goede nieuws op locaties over de hele wereld af te kondigen. | ||
| + | Iemand die autoriteit heeft gekregen om te handelen namens een persoon/ | ||
| verspieden = onderzoeken, | verspieden = onderzoeken, | ||
| Regel 33: | Regel 34: | ||
| [[stu_12_verspieders|Betekenis van hun namen]] | [[stu_12_verspieders|Betekenis van hun namen]] | ||
| - | [[numeri13-16 |16 ]] Dit zijn de namen der mannen, die Mozes uitzond om het land te verspieden; en Mozes noemde Hosea, de zoon van Nun, Jozua. | + | [[numeri13-16 |16 ]] Dit zijn de namen der mannen, die Mozes uitzond om het land te verspieden; en Mozes noemde Hosea, de zoon van Nun, Jozua (Yehoshua). |
| Waarom Jozua en niet zoals het er staat: ye·ho·Shu·a' | Waarom Jozua en niet zoals het er staat: ye·ho·Shu·a' | ||
| Regel 59: | Regel 60: | ||
| [[numeri13-22 |22 ]] Toen zij door het Zuiderland (Negev) optrokken, kwam men tot Hebron (zetel van vereniging); | [[numeri13-22 |22 ]] Toen zij door het Zuiderland (Negev) optrokken, kwam men tot Hebron (zetel van vereniging); | ||
| - | \\ [[numeri13-23 |23 ]] Toen zij in het dal Eskol gekomen waren, sneden zij daar een rank met een tros druiven af, die zij met hun tweeen aan een draagstok droegen; ook enige granaatappelen en vijgen. | + | \\ [[numeri13-23 |23 ]] Toen zij in het dal Eskol (tros) |
| \\ [[numeri13-24 |24 ]] Die plaats noemde men het dal Eskol wegens de druiventros, | \\ [[numeri13-24 |24 ]] Die plaats noemde men het dal Eskol wegens de druiventros, | ||
| Regel 82: | Regel 83: | ||
| [[numeri13-28 |28 ]] Het volk echter, dat in het land woont, is sterk en de steden zijn ommuurd en zeer groot, en ook de kinderen van Enak (lange nek) zagen wij daar; | [[numeri13-28 |28 ]] Het volk echter, dat in het land woont, is sterk en de steden zijn ommuurd en zeer groot, en ook de kinderen van Enak (lange nek) zagen wij daar; | ||
| - | \\ [[numeri13-29 |29 ]] Amalek (bewoner in een vallei) woont in het Zuiderland, de Hethieten | + | \\ [[numeri13-29 |29 ]] Amalek (bewoner in een vallei) woont in het Zuiderland, de Hethieten , Jebusieten en Amorieten wonen in het bergland, de Kanaanieten (handelaren) aan de zee en aan de oever van de Jordaan. |
| [[stu_esther|Amalek in studie over Ester]] | [[stu_esther|Amalek in studie over Ester]] | ||
| + | |||
| + | de Hethieten, afstammeling van Cheth/ | ||
| + | Jebusieten, afstammeling van Jebus/ | ||
| + | Amorieten, afstammeling van Emer/ | ||
| + | Kanaanieten, | ||
| [[numeri13-30 |30 ]] Daarop trachtte Kaleb het volk tot bedaren te brengen tegenover Mozes en zeide: Laat ons gerust optrekken en het in bezit nemen, want wij zullen het zeker kunnen vermeesteren. | [[numeri13-30 |30 ]] Daarop trachtte Kaleb het volk tot bedaren te brengen tegenover Mozes en zeide: Laat ons gerust optrekken en het in bezit nemen, want wij zullen het zeker kunnen vermeesteren. | ||
| [[numeri13-31 |31 ]] Maar de mannen die met hem opgetrokken waren, zeiden: Wij zullen tegen dat volk niet kunnen optrekken, want het is sterker dan wij. | [[numeri13-31 |31 ]] Maar de mannen die met hem opgetrokken waren, zeiden: Wij zullen tegen dat volk niet kunnen optrekken, want het is sterker dan wij. | ||
| - | \\ [[numeri13-32 |32 ]] Ook verspreidden zij onder de Israelieten een kwaad gerucht omtrent het land dat zij verspied hadden, door te zeggen: Het land dat wij zijn doorgetrokken om het te verspieden, is een land dat zijn inwoners verslindt, en alle mensen die wij daar zagen, waren mannen van grote lengte. | + | \\ [[numeri13-32 |32 ]] Ook verspreidden zij onder de Israelieten een kwaad gerucht omtrent het land dat zij verspied hadden, door te zeggen: Het land dat wij zijn doorgetrokken om het te verspieden, is een land dat zijn inwoners verslindt |
| - | \\ [[numeri13-33 |33 ]] Ook zagen wij daar de reuzen, Enakieten, die tot de reuzen behoren, en wij waren als sprinkhanen in onze eigen ogen en ook in hun ogen. | + | |
| + | kwaad gerucht = fluisteren, laster, kwaad rapport | ||
| + | |||
| + | Mattheus 26:59 De overpriesters en de gehele Raad trachtten een vals getuigenis | ||
| + | tegen Jezus te vinden om Hem ter dood te brengen, maar zij vonden er geen, | ||
| + | 60 Hoewel er vele valse getuigen optraden. | ||
| + | |||
| + | Mattheus 27:20 Maar de overpriesters en de oudsten overreedden de scharen, | ||
| + | dat zij om Barabbas zouden vragen, maar Jezus zouden laten ter dood brengen. | ||
| + | |||
| + | [[numeri13-33 |33 ]] Ook zagen wij daar de reuzen | ||
| 10 mannen, een volheid, de hele gemeente (minyan) | 10 mannen, een volheid, de hele gemeente (minyan) | ||
numeri13.1656447779.txt.gz · Laatst gewijzigd: 2022/06/28 22:22 door pvi
