Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


jas_hoofdstuk_42

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Volgende revisie
Vorige revisie
jas_hoofdstuk_42 [2022/12/18 16:17] – aangemaakt pvijas_hoofdstuk_42 [2022/12/18 17:10] (huidige) pvi
Regel 1: Regel 1:
 ===Hoofdstuk 42=== ===Hoofdstuk 42===
-\\ 1. Zij gingen de andere kant uit zitten, ongeveer op de afstand van een boogschot, en zij zaten daa+\\ 1. Zij gingen de andere kant uit zitten, ongeveer op de afstand van een boogschot, en zij zaten daar
 brood te eten, en terwijl zij aten beraadden zij zich over wat met hem zou worden gedaan, of zij brood te eten, en terwijl zij aten beraadden zij zich over wat met hem zou worden gedaan, of zij
 hem zouden doden of terugbrengen naar zijn vader. hem zouden doden of terugbrengen naar zijn vader.
Regel 60: Regel 60:
 \\ 20. Terwijl zij voortgingen, berouwde het de Midianieten wat zij hadden gedaan, door een \\ 20. Terwijl zij voortgingen, berouwde het de Midianieten wat zij hadden gedaan, door een
 jongeman te hebben gekocht, en zij zeiden tot elkaar: Wat is dit dat wij hebben gedaan, door van jongeman te hebben gekocht, en zij zeiden tot elkaar: Wat is dit dat wij hebben gedaan, door van
-de Hebreeërs deze jongeling te nemen, die zoln knappe en gunstige verschijning is.+de Hebreeërs deze jongeling te nemen, die zo'knappe en gunstige verschijning is.
 \\ 21. Misschien is deze jongeling gestolen uit het land der Hebreeërs (Het gebied van Heber: \\ 21. Misschien is deze jongeling gestolen uit het land der Hebreeërs (Het gebied van Heber:
 Hebron Moria Beersheba?), en waarom hebben wij deze zaak dan gedaan? En als er naar hem Hebron Moria Beersheba?), en waarom hebben wij deze zaak dan gedaan? En als er naar hem
Regel 107: Regel 107:
 graf; en hij hield op met spreken, en van bitterheid des harten werd hij zo stil als een steen op het graf; en hij hield op met spreken, en van bitterheid des harten werd hij zo stil als een steen op het
 graf. graf.
-\\ 37. Jozefhoorde een stem die tot hem sprak van onder de grond, die hem met bitterheid des harten+\\ 37. Jozef hoorde een stem die tot hem sprak van onder de grond, die hem met bitterheid des harten
 antwoordde, en met een wenende en biddende stem, in deze woorden: antwoordde, en met een wenende en biddende stem, in deze woorden:
 \\ 38. Mijn zoon, mijn zoon Jozef, ik heb het geluid gehoord van uw geween en het geluid van uw \\ 38. Mijn zoon, mijn zoon Jozef, ik heb het geluid gehoord van uw geween en het geluid van uw
Regel 117: Regel 117:
 mijn zoon. En zij sprak verder in deze woorden tot Jozef en zweeg toen. mijn zoon. En zij sprak verder in deze woorden tot Jozef en zweeg toen.
 \\ 41. Jozef hoorde dit, en hij verwonderde zich grotelijks hierover, en hij weende verder; en daarna \\ 41. Jozef hoorde dit, en hij verwonderde zich grotelijks hierover, en hij weende verder; en daarna
-zag één der Ismaëlieten hem schreeuwend en wenend op het graf, en zijn toom werd tegen hem+zag één der Ismaëlieten hem schreeuwend en wenend op het graf, en zijn toorn werd tegen hem
 gewekt, en hij verdreef hem vandaar, en hij sloeg hem en vervloekte hem. gewekt, en hij verdreef hem vandaar, en hij sloeg hem en vervloekte hem.
 \\ 42. Jozef zei tot de mannen: Kan ik genade vinden in uw ogen om mij terug te brengen naar mijn \\ 42. Jozef zei tot de mannen: Kan ik genade vinden in uw ogen om mij terug te brengen naar mijn
Regel 123: Regel 123:
 \\ 43. Zij antwoordden hem, zeggende: Zijt u niet een slaaf, en waar is uw vader? En indien u een \\ 43. Zij antwoordden hem, zeggende: Zijt u niet een slaaf, en waar is uw vader? En indien u een
 vader had dan zoudt u niet alreeds twee maal als slaaf zijn verkocht voor zo weinig geld. En hun vader had dan zoudt u niet alreeds twee maal als slaaf zijn verkocht voor zo weinig geld. En hun
-toom werd nog meer gewekt tegen hem, en zij sloegen en kastijdden hem verder, en Jozef weende+toorn werd nog meer gewekt tegen hem, en zij sloegen en kastijdden hem verder, en Jozef weende
 bitter. bitter.
 \\ 44. De Heer zag Jozefs kwelling, en de Heer sloeg deze mannen weer en kastijdde hen, en de Heer \\ 44. De Heer zag Jozefs kwelling, en de Heer sloeg deze mannen weer en kastijdde hen, en de Heer
Regel 158: Regel 158:
 aangekomen dan zullen wij hem daar tegen een hoge prijs verkopen om bevrijd te zijn van het aangekomen dan zullen wij hem daar tegen een hoge prijs verkopen om bevrijd te zijn van het
 onheil. onheil.
-\\ 53. Dit beviel de mannen en zij deden aldus, en zij zetten met Jozefhun reis naar Egypte voort.+\\ 53. Dit beviel de mannen en zij deden aldus, en zij zetten met Jozef hun reis naar Egypte voort.
jas_hoofdstuk_42.1671376639.txt.gz · Laatst gewijzigd: 2022/12/18 16:17 door pvi